Volle Maan in Kreeft

Gepubliceerd: 12 juli 2019

Dinsdag 16 juli verschijnt aan het einde van de avond de Volle Maan van de Kreeft, als de Zon in dat waterteken staat en de Maan er tegenover in het aardeteken Steenbok. Dit is een gedeeltelijke maansverduistering, die inzet bij zonsondergang als de Maan opkomt. Bij heldere nacht is die verduistering goed waar te nemen en zal er nog slechts een zwakke oranje gloed te zien zijn. De Maan staat dichtbij Pluto en Saturnus, die al een tijd in conjunctie staan in de Steenbok. Beide helpen mee bij het afbreken en omvormen van verouderde structuren in de samenleving. Pluto is niet zichtbaar met het blote oog, maar Saturnus zal tijdens de maansverduistering wel te zien zijn. Eerder die dag, in de vroege morgen, schuift de Maan voor Saturnus langs en is die een poosje niet zichtbaar. Het is een tijd waarin het traditionele gezag [Saturnus in Steenbok] het moeilijk heeft om zich naar de bevolking toe [Maan] te legitimeren. Vooral in Engeland is dit zichtbaar, waar de eigen tradities zo belangrijk zijn dat ze uit de Europese Unie willen, maar het de regering tot nu toe niet lukt dat vorm te geven.

Als die maansverduistering voorbij is, zal de Volle Maan de hele nacht schijnen, waardoor dit een magische tijd kan zijn en je je heel open kunt voelen voor de natuur. Joan Hodgson schrijft over de hoogzomer: ‘Mensen die een tuin hebben, kunnen zich tijdens het werken daarin afstemmen op de levensstroom van de Maan [Kreeft] met haar engelen, die samen met de engelen van Saturnus [Steenbok] de vormen in de natuur scheppen. Deze levensstroom omvat ook alle natuurwezens, zoals kabouters, waternimfen en elfen die juist in deze tijd heel actief zijn. Het voelt als een fijne, weldadige sfeer om je heen. Je kunt echter niet met je verstand maar alleen door je gevoel met hen in contact komen en ze als het ware bij je handen voelen, als je in de tuin aan het werken bent.’

In deze tijd kun je ook mediteren op het symbool van de levensboom, die zijn wortels diep in de aarde heeft en waarvan de takken zich wijd uitstrekken naar de hemel. In het steeds terugkerende jaarritme komen zijn bladknoppen in de lente uit en is hij nu de zomer nadert beladen met bladeren, bloemen en vruchten. Na de hoogzomer verandert het getij en trekken de levenssappen zich terug; de bloemen verwelken, de bladeren verschrompelen en vallen naar beneden. De levenskracht trekt zich in de aarde terug. Maar in de lente komt die kracht elk jaar weer sterker tevoorschijn en zo groeit de boom door de jaren heen tot meer schoonheid. Dit geldt ook voor de Geest, het zaadje van God in de mens, dat door de incarnaties heen geleidelijk een volmaakte vorm schept, die het onsterfelijke zichtbaar maakt.